gezwolgen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·zwol·gen
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van zwelgen: de stam met omvoegsel ge- -en en een klinkerwisseling e-o (IPAː /ɛ/ - /ɔ/)
Werkwoord
vervoeging van: | zwelgen… |
geen verbogen vorm |
gezwolgen
- voltooid deelwoord van zwelgen