getrancheerd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·tran·cheerd
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van trancheren: de stam met omvoegsel ge- -d
Werkwoord
vervoeging van: | trancheren… |
verbogen vorm: | getrancheerde |
getrancheerd
- voltooid deelwoord van trancheren
- ▸ Daar op tafel, gebakken in bladerdeeg, lag dus twee kilo vlees te wachten tot het getrancheerd werd.[1]
Verwijzingen
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044628142