gesnelwandeld
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·snel·wan·deld
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van snelwandelen: de stam met omvoegsel ge- -d
Werkwoord
vervoeging van: | snelwandelen… |
verbogen vorm: | gesnelwandelde |
gesnelwandeld
- voltooid deelwoord van snelwandelen