generelle

Uit WikiWoordenboek

Deens

Woordafbreking
  • ge·ne·rel·le

Bijvoeglijk naamwoord

generelle, g / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van generel

generelle, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van generel


Noors

Woordafbreking
  • ge·ne·rel·le
Naar frequentie 27314

Bijvoeglijk naamwoord

generelle, m / v / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van generel

generelle, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van generel


Nynorsk

Woordafbreking
  • ge·ne·rel·le

Bijvoeglijk naamwoord

generelle, m /v / o

  1. bepaalde vorm enkelvoud van de stellende trap van generel

generelle, mv

  1. onbepaalde en bepaalde vorm meervoud van de stellende trap van generel