geldwaarde

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • geld·waar·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord geldwaarde geldwaardes
geldwaarden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de geldwaardev

  1. de waarde van iets uitgedrukt in geld
     In Zweden was het ingenieursbedrijf Lauritzen & Co. fysiek intact gebleven, net als de dochterondernemingen, de waarde was meerdere miljoenen. Tegen de toenmalige geldwaarde.[1]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044633535