gekscheerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gekscheerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- gek·scheer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
gekscheren |
gekscheerde
- enkelvoud verleden tijd van gekscheren
- Ik gekscheerde.
- Jij gekscheerde.
- Hij, zij, het gekscheerde.
- Ik gekscheerde.