gefrustreerd

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·frus·treerd
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van: frustreren…
verbogen vorm: gefrustreerde

gefrustreerd

  1. voltooid deelwoord van frustreren
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen gefrustreerd gefrustreerder gefrustreerdst
verbogen gefrustreerde gefrustreerdere gefrustreerdste
partitief gefrustreerds gefrustreerders -

Bijvoeglijk naamwoord

gefrustreerd

  1. (psychologie) van een persoon dat hij of zij belemmerd is de verwezenlijking van diens wensen, doelen of ambities
    • De gefrustreerde leerling was ontevreden met het bepaalde rapportcijfer hij wilde eigenlijk een 10 halen.  
Antoniemen


Bijwoord

gefrustreerd

  1. (psychologie) van een persoon dat hij of zij belemmerd is de verwezenlijking van diens wensen, doelen of ambities
     Ze vroeg hoe het met mij was, en begon me net te vertellen wat voor cadeaus ze had gekregen toen de lijn definitief wegviel. ‘Neeeee!’ Gefrustreerd belde ik weer, maar ook na de tweede en derde poging bleef het stil.[1]

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be