gedichtenbundel

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·dich·ten·bun·del
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gedichtenbundel gedichtenbundels
verkleinwoord gedichtenbundeltje gedichtenbundeltjes

Zelfstandig naamwoord

de gedichtenbundelm

  1. boekwerk met meerdere gedichten
     Sybil schudde haar hoofd. Dit is zijn manier om me te vertellen dat ik mezelf een schop onder mijn kont moet geven. Ze pakte de gedichtenbundel. Toen de kinderen klein waren, las Joe altijd The Geebung Polo Club aan hen voor. Hij vond het een hilarisch gedicht en dreigde polo te gaan spelen in een van de weiden, waarop Ben hem prompt uitdaagde dat dan ook te doen. Ik ken het gedicht niet.[2]
     Alle 'groene boeken' die zijn verschenen tussen januari 2012 en juni 2013 komen in aanmerking voor de prijs. Het maakt niet uit of het een non-fictieboek is, een roman of een gedichtenbundel, als de natuur maar de hoofdrol speelt.[3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. SOPHIE GREEN (vert.Els Franci-Ekeler)
    “De leesclub aan het einde van de wereld” (2019), Uitgeverij De Fontein op Wikipedia, ISBN 9789026144929
  3. Bronlink geraadpleegd op 6 april 2022 Weblink bron “Nieuwe prijs voor 'natuurboeken'” (09-03-2013), NOS