gedegenheid

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  gedegenheid    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ge·de·gen·heid

Woordherkomst en -opbouw

• afleiding van gedegen met het achtervoegsel -heid

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	gedegenheid
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de gedegenheid v

1. het betrouwbaar en goed doordacht zijn van iets of iemand

   ▸ Journalisten vroegen Merkel tijdens de persconferentie hoe lang ze nog kan wachten op het rapport van de trojka over Griekenland. Als het klaar is, is het klaar, zei Merkel. "Gedegenheid is belangrijker is dan snelheid."

   ▸ De jury, onder leiding van schrijver Nelleke Noordervliet, prijst het boek om zijn visie, gedegenheid en toegankelijkheid. "Ondanks de vele details en wetenswaardigheden verliest het het grote verhaal van de taal nooit uit het oog."

Gangbaarheid

• Het woord gedegenheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.