gebaseerd

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·ba·seerd
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van: baseren…
verbogen vorm: gebaseerde

gebaseerd

  1. voltooid deelwoord van baseren
stellend
onverbogen gebaseerd
verbogen gebaseerde
partitief gebaseerds

Bijvoeglijk naamwoord

gebaseerd

  1. goed beargumenteerd
    • Het advies, gegrond op de schoolresultaten die het kind de afgelopen zes jaar heeft behaald, is, zo mag worden aangenomen, een gebaseerd advies, dat wordt afgesloten met een geschiktheidsverklaring, ondertekend door een onderwijzer. [1]
  2. als tweede deel van samenstellingen gemaakt met; voortbouwend op
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

Verwijzingen