geïnoculeerd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·in·ocu·leerd
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van inoculeren: de stam met omvoegsel ge- -d
Werkwoord
vervoeging van: | inoculeren… |
verbogen vorm: | geïnoculeerde |
geïnoculeerd
- voltooid deelwoord van inoculeren
Gangbaarheid
- Het woord geïnoculeerd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.