galicijský

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /galɪtsɪjskiː/

Woordafbreking

• ga·li·cij·ský

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van de eigennaam Galície met het achtervoegsel -ský

Bijvoeglijk naamwoord

galicijský

1. (demoniem) Galicisch; met betrekking tot de regio in het noordwesten van het Iberisch schiereiland
2. (demoniem) Galicisch; met betrekking tot Galiciërs
3. (taal) Galicisch; met betrekking tot de taal het Galicisch

Verbuiging

	enkelvoud				meervoud
	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig
	bezield	onbezield			bezield	onbezield
nominatief	galicijský		galicijská	galicijské	galicijští	galicijské		galicijská
genitief	galicijského		galicijské	galicijského	galicijských
datief	galicijskému		galicijské	galicijskému	galicijským
accusatief	galicijského	galicijský	galicijskou	galicijské	galicijské			galicijská
vocatief	galicijský		galicijská	galicijské	galicijští	galicijské		galicijská
locatief	galicijském		galicijské	galicijském	galicijských
instrumentalis	galicijským		galicijskou	galicijským	galicijskými

Afgeleide begrippen

• galicijsky (bw.)

Verwante begrippen

• galicijština v
• po galicijsku

Verwijzingen

• Internetová jazyková příručka – Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)