forte
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen

(symbool in bladmuziek)
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- for·te
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Italiaans, in de betekenis van ‘bijwoord: sterk’ voor het eerst aangetroffen in 1772 [1]
- van Italiaans forte [2][3]
Bijwoord
forte
Zelfstandig naamwoord
forte o
- (muziek) deel van een muziekstuk dat hard hoort te klinken
- Het was, in het eerste deel, van klank zonder uitzondering voortreffelijk in het forte (koper, hout!). [5]
- sterke punt, waar het best gepresteerd wordt (voorafgegaan door bezittelijk voornaamwoord of zelfstandig naamwoord in bezitsvorm)
- Zijn voice-over maakt de film persoonlijk maar het is duidelijk niet zijn forte, zowel qua tekst („vaar met mij mee”), als qua dictie. [6]
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'forte' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "forte" herkend door:
75 % | van de Nederlanders; |
68 % | van de Vlamingen.[7] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "forte" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ forte op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Gelder, A. vanDe Munnik is weemoedig (27 oktober 2016) op website nrc.nl; geraadpleegd 2017-05-17
- ↑ Pijper, W. (ed. A. van Dijk)"Tivoli-concert 23 november 1922 (UD)" in: Het papieren gevaar. Verzamelde geschriften (1917-1947). deel 1 (2011) Koninklijke Vereniging voor Nederlandse Muziekgeschiedenis, Utrecht / Willem Pijper Stichting, Den Haag; ISBN 978 90 6375 217 0; p. 743; geraadpleegd 2017-05-17
- ↑ Waardenburg, A.Welkom nieuws uit rivierenlandschap (6 december 2016) op website nrc.nl; geraadpleegd 2017-05-17
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Frans
Bijvoeglijk naamwoord
forte
- vrouwelijk enkelvoud van fort
Italiaans
Bijvoeglijk naamwoord
- sterk, krachtig
- (taalkunde) beklemtoond
Overerving en ontlening
Zelfstandig naamwoord
forte m
- fort, versterkte locatie
Latijn
Bijwoord
forte
Portugees
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
mannelijk | forte | fortes |
vrouwelijk | forte | fortes |
Bijvoeglijk naamwoord
forte
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Bijwoord in het Nederlands
- Muziek in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 75 %
- Prevalentie Vlaanderen 68 %
- Woorden in het Frans
- Woorden in het Frans van lengte 5
- Bijvoeglijknaamwoordsvorm in het Frans
- Woorden in het Italiaans
- Woorden in het Italiaans van lengte 5
- Bijvoeglijk naamwoord in het Italiaans
- Taalkunde in het Italiaans
- Zelfstandig naamwoord in het Italiaans
- Woorden in het Latijn
- Bijwoord in het Latijn
- Woorden in het Portugees
- Woorden in het Portugees van lengte 5
- Bijvoeglijk naamwoord in het Portugees