finjamos

Uit WikiWoordenboek

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
fingir

finjamos

  1. aanvoegende wijs eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van fingir
  2. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van fingir
Overgenomen van "https://nl.wiktionary.org/w/index.php?title=finjamos&oldid=3285453"