fietsaftrek
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: fietsaftrek (hulp, bestand)
Woordafbreking
- fiets·af·trek
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van fiets en aftrek
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fietsaftrek | fietsaftrekken |
verkleinwoord | fietsaftrekje | fietsaftrekjes |
Zelfstandig naamwoord
fietsaftrek m
- aftrekpost voor woon-werkverkeer per fiets
Gangbaarheid
- Het woord fietsaftrek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.