fibrine
Uiterlijk
- fi·bri·ne
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘bloed- of plantenvezelstof’ voor het eerst aangetroffen in 1847 [1]
- uit het Frans fibrine, afgeleid van Latijn fibra met het achtervoegsel -inus[2]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | fibrine | fibrinen fibrines |
| verkleinwoord |
- (biochemie) (medisch) onoplosbaar eiwit in het bloedplasma, gevormd tijdens de bloedstolling uit fibrinogeen en trombine
- Het woord fibrine staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "fibrine" herkend door:
| 41 % | van de Nederlanders; |
| 60 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "fibrine" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ fibrine op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
- IPA: /fibʁin/
| enkelvoud | meervoud | ||
|---|---|---|---|
| zonder lidwoord | met lidwoord | zonder lidwoord | met lidwoord |
| fibrine | la fibrine | ||
fibrine v
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Achtervoegsel -inus in het Latijn
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Biochemie in het Nederlands
- Medisch in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 41 %
- Prevalentie Vlaanderen 60 %
- Woorden in het Frans
- Woorden in het Frans van lengte 7
- Woorden in het Frans met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Frans
- Biologie in het Frans
- Medisch in het Frans