festivaluta
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: festivaluta (hulp, bestand)
Woordafbreking
- fes·ti·va·lu·ta
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van festival zn en valuta zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | festivaluta | festivaluta's festivaluta |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- munten en bonnen waarmee men op een festivalterrein kan betalen
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord festivaluta staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.