feng shui

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

1. Een tuin ingericht volgens de principes van feng shui.
Uitspraak
Woordafbreking
  • feng shui
Woordherkomst en -opbouw
  • van Chinees 風水 (fēngshuǐ) "letterlijk: wind en regen", in de betekenis van ‘bepalen van gunstige omstandigheden voor de vestiging van een gebouw’ voor het eerst aangetroffen in 1975 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord feng shui
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

feng shui m/o

  1. (bouwkunde) Chinese leer die onderzoekt hoe je door je omgeving gelukkig kunt worden
    • Bij ons zijn kerken altijd oost-west georiënteerd, maar een missionaris die daaraan zou hebben vastgehouden zou in die tijd geen Chinees naar binnen hebben gekregen, want volgens de feng shui hoort de hoofdingang in het zuiden.” Feng Shui is een meer dan 3000 jaar oude leer over de manier waarop de omgeving het welbevinden van de bewoners kan beïnvloeden.[2] 
    • Hulshof en Roggeveen plaatsen het lot van individuen in een onthullend panorama van feiten en cijfers. Daarbij mijden ze de westerse neiging tot moraliseren. Hun registraties tonen vaak eerder de nuance, soms een paradox. Zo beschrijven de auteurs hoe de compounds met allerlei eigen voorzieningen toch weer dorpen vormen in de stad, zij het verticaal. Hoe de klassieke feng shui-inrichtingsprincipes soms vóór winstbejag gaan. En hoe speculatie de vastgoeddroom dreigt te verstoren.[3]  

Meer informatie

Gangbaarheid

Verwijzingen