fenegriek
Uiterlijk
- fe·ne·griek
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fenegriek | - |
verkleinwoord | - | - |
- (plantkunde) vlinderbloemige, sterk riekende plant Trigonella foenum-graecum (wikidata: fenegriek )
- (plantkunde) fenegriekblad of fenegriekzaad van Trigonella foenum-graecum
- (specerij) gedroogd fenegriekblad of fenegriekzaad van Trigonella foenum-graecum welke in voedsel worden gebruikt
plant en plantdelen van Trigonella foenum-graecum
- Het woord fenegriek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "fenegriek" herkend door:
56 % | van de Nederlanders; |
35 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ fenegriek op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be