feestvierder

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • feest·vier·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord feestvierder feestvierders
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de feestvierderm

  1. deelnemer aan een feest
     Festivals, carnaval, kampioenschappen van PSV – zeventien jaar lang was Jorn van Osch (42) er altijd bij. Niet als feestvierder, maar als beveiliger, voor hem een soort hobby naast zijn reguliere baan als vrachtwagenchauffeur.[2]
     Ook op het Vrijthof in Maastricht zijn zondagmiddag volgens de regionale omroep L1 een paar honderd mensen bijeengekomen. Het is er gezellig en rustig, maar ook daar heeft de politie feestvierders gevraagd de feestelijkheden thuis voort te zetten.[3]
  2. iemand die vaak of graag feest viert
     Vooral de jongeren die de hele nacht willen zuipen blijven nu weg, zeggen de eilandbewoners. Er zijn minder toeristen, en het zijn ándere toeristen. Meer gezinnen en stellen. Ze zijn er niet rouwig om dat die feestvierders wegblijven, want die veroorzaken niet zelden ellende en geven weinig uit in restaurants.[4]
     Giri zei dat hij geen ervaren feestvierder is. Zijn Georgische vrouw Sopiko wel, die vond bijna iedere dag wel aanleiding voor een feestje, maar zelf zou hij zich bij zijn secondanten voegen om te controleren of ‘my boys’, zoals hij ze noemde, wel hard gewerkt hadden toen hij thuis het toernooi speelde.[5]
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 26 augustus 2021 Weblink bron
    Vincent Sondermeijer
    “Zijn er nog wel genoeg beveiligers voor de festivals?” (9 maart 2021) op nrc.nl
  3. Bronlink geraadpleegd op 26 augustus 2021 Weblink bron
    Ester Meerman
    “Ook in Tilburg en Limburgse steden carnavalvierders naar huis gestuurd” (14 februari 2021) op nrc.nl
  4. Bronlink geraadpleegd op 26 augustus 2021 Weblink bron
    Sheila Kamerman
    “Op Ibiza lijkt corona niet meer te bestaan” (23 juli 2021) op nrc.nl
  5. Bronlink geraadpleegd op 26 augustus 2021 Weblink bron
    Hans Ree
    “Naar Jekaterinenburg” (26 maart 2021) op nrc.nl