fatsoensnorm

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fat·soens·norm
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fatsoensnorm fatsoensnormen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de fatsoensnormv / m

  1. regels hoe men zich dient te gedragen
     ,,Maar het zou de fatsoensnorm moeten zijn om even af te bellen als je niet kunt komen, zegt woordvoerder Joris Prinssen van KHN. ,,Je verbreekt de afspraak die je met elkaar hebt gemaakt.[2]
    • Maar je kunt het ook overdrijven. Beaufield Nutbeem, bijvoorbeeld, of Tyrone Slothrop. Gideon (de naam die Guy kiest voor zijn personage) was plausibel en toch opvallend. Erudiete recensenten konden iets doen met het feit dat de bijbelse Gideon bomen velde, Gods werktuig bij de verdelging der Midjanieten. De verdelger van fatsoensnormen dus. In werkelijkheid koos ik namen altijd uitsluitend om hun klank en aanblik, niet om hun betekenis. Pas als recensenten hun werk hadden gedaan wist ik waarom ik X, X had genoemd.’ [3] 

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink Weblink bron
    Heleen Boex
    “Creditcardgegevens tegen no-show in restaurant” (11-01-2017), Tubantia
  3. NRC Toef Jaeger 26 oktober 2012