farver

Uit WikiWoordenboek

Deens

Woordafbreking
  • far·ver

Werkwoord

farver

  1. tegenwoordige tijd van farve
Afgeleide begrippen
  • farver ind (of: indfarver)

Zelfstandig naamwoord

farver, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van farve
Uitdrukkingen en gezegden
  • i alle regnbuens farver
in alle regenboogkleuren