examenbetwisting
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- exa·men·be·twis·ting
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van examen en betwisting
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | examenbetwisting | examenbetwistingen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de examenbetwisting v
- het aanvechten van de resultaat van een examen