escadrille
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: escadrille (hulp, bestand)
Woordafbreking
- es·ca·dril·le
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | escadrille | escadrilles |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de escadrille v / m, het escadrille o
- (militair) (luchtvaart) klein eskader gevechtsvliegtuigen
- De ooievaar die Hispano-Suiza voor zijn H6 B had gekozen (zescilindermotor, honderdvijfendertig pk en een snelheid van honderdzevenendertig kilometer per uur!), was een verwijzing naar het beroemde escadrille onder bevel van Georges Guynemer, een uitzonderlijk man. [3]
- Ondertussen waren er nog twee D21’s geland, waaronder die van Hans Plesman, een collega. Ik zei: „Kom, dan vormen we met zijn drieën een escadrille en gaan weer de lucht in. [4]
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord escadrille staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "escadrille" herkend door:
65 % | van de Nederlanders; |
71 % | van de Vlamingen.[5] |
Verwijzingen
- ↑ escadrille op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Lemaitre, Pierre"Tot ziens daarboven" 2014 ISBN 9789401601931 pagina 191
- ↑ Reformatorisch Dagblad Niek Stam 09-05-2008 Luchtvechter in de meidagen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be