epilator
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- epi·la·tor
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van epileren (met het voorvoegsel ex-) met het achtervoegsel -ator
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | epilator | epilatoren epilators |
verkleinwoord | epilatortje | epilatortjes |
Zelfstandig naamwoord
de epilator m
- apparaat om te epileren
Gangbaarheid
- Het woord epilator staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.