engañar
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Spaans
Uitspraak
Woordafbreking
- en·ga·ñar
Werkwoord
engañar
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
engañar |
engañaba |
engañado |
volledig |
- onovergankelijk bedriegelijk zijn, leugenachtig
- overgankelijk bedriegen, misleiden, verlakken
- ontrouw zijn
- verleiden, verlokken