emelt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Een emelt.
Uitspraak
Woordafbreking
  • emelt
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord emelt emelten
verkleinwoord emeltje emeltjes

Zelfstandig naamwoord

emelt

  1. (dierkunde) (landbouw) benaming voor de larve van de langpootmug
     En is dat nóg een worm? „Nee, dat is een emelt, een larve van een langpootmug”, zegt Kremer. „Die eet de wortels van het gras. Die heb ik juist liever niet.”[3]
  2. (dierkunde) (niet gangbaar) benaming voor de larve van de meikever
Hyperoniemen

Gangbaarheid

37 % van de Nederlanders;
29 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. emelt op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. Bronlink geraadpleegd op 19 augustus 2022 Weblink bron “Regenwormen in plaats van regen: de oplossing voor steeds drogere seizoenen?” (7 juli 2020) op nrc.nl
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be