elideerde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- eli·deer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
elideren |
elideerde
- enkelvoud verleden tijd van elideren
- Ik elideerde.
- Jij elideerde.
- Hij, zij, het elideerde.
- Ik elideerde.
vervoeging van |
---|
elideren |
elideerde