eikenboom

Uit WikiWoordenboek
1. Een eikenboom (Quercus).

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ei·ken·boom
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord eikenboom eikenbomen
verkleinwoord eikenboompje eikenboompjes

Zelfstandig naamwoord

eikenboom m

  1. (plantkunde) loofboom uit het geslacht Quercus op Wikispecies
     Vooral de woorden over de eikenboom en de cipres bleven nog een lange tijd naklinken in mijn hoofd.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

95 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be