eigenumme

Uit WikiWoordenboek

Pennsylvania-Duits

Uitspraak
Woordafbreking
  • ei·ge·num·me
Woordherkomst en -opbouw
  • Afleiding van het Pennsylvania-Duitse werkwoord nemme met het voorvoegsel ei- en met het voorvoegsel ge-

Werkwoord

eigenumme

  1. voltooid (verleden) deelwoord van einemme

Werkwoord

bin eigenumme

  1. eerste persoon enkelvoud voltooide tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van einemme
    «Ich bin net eigenumme
    Ik ben niet ijdel.