eerzaam
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- eer·zaam
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van eren met het achtervoegsel -zaam [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | eerzaam | eerzamer | eerzaamst |
verbogen | eerzame | eerzamere | eerzaamste |
partitief | eerzaams | eerzamers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
eerzaam [2]
- wat geëerd dient te worden
- Vuilnismannen hebben een eerzaam beroep.
- Gijs de Vries heeft nog een kritische noot. Ten onrechte doen de Amerikanen het volgens hem al jaren voorkomen alsof ze in oorlog zijn met het terrorisme, tegen heuse strijders. Ook de Franse president Hollande zegt dat inmiddels, tot spijt van De Vries. „Ik definieer die terroristen liever als ordinaire misdadigers. We moeten hen niet de eer gunnen zich voor te doen als eerzame strijders. Dat is contraproductief.” [3]
Synoniemen
- fatsoenlijk, ingetogen, achtbaar, achtenswaard, betamelijk, braaf, degelijk, deugdzaam, keurig, zedelijk, netjes, oprecht, eerlijk
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord eerzaam staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "eerzaam" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ eerzaam op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Floris van Straaten 1 april 2016
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be