eerbiedigt
Uiterlijk
- Geluid: eerbiedigt (hulp, bestand)
- eer·bie·digt
vervoeging van |
---|
eerbiedigen |
eerbiedigt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van eerbiedigen
- Jij eerbiedigt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van eerbiedigen
- Hij eerbiedigt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van eerbiedigen
- Eerbiedigt!