eenhonderdtwee
Nederlands
0 | 1 | 0 | 2 |
eenhonderdtwee,
op een abacus
op een abacus
Uitspraak
- Geluid: eenhonderdtwee (hulp, bestand)
- IPA: / ˌenhɔndərˈtwe / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- een·hon·derd·twee
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van eenhonderd ht en twee ht
Hoofdtelwoord
eenhonderdtwee
- "102", langere vorm van honderdtwee, honderd plus twee (soms gebruikt om verwarring met een ander honderdtal te voorkomen of in plechtige formuleringen)
- om een hoeveelheid aan te geven
- De inzameling heeft eenhonderdtwee euro en vijftig cent opgebracht.
- om een plaats in een volgorde aan te geven
- De hoofdprijs van de verloting valt op lot eenhonderdtwee.
- om een hoeveelheid aan te geven
Synoniemen
- honderdtwee (deze kortere vorm is de gangbare vorm)
Afgeleide begrippen
rangtelwoord
hooftelwoord samengesteld met "eenhonderdtwee" ht als linkerdeel
Gangbaarheid
- Het woord 'eenhonderdtwee' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.