dwarsgetuigd
Uiterlijk
- dwars·ge·tuigd
- samenstelling van dwars en getuigd
stellend | |
---|---|
onverbogen | dwarsgetuigd |
verbogen | dwarsgetuigde |
dwarsgetuigd
- (scheepvaart) met vierkante, rechthoekige of trapezumvormige zeilen die aan ra’s zijn bevestigd. Het midden van een ra is scharnierend aan de mast bevestigd en bij een koers "voor de wind", staat een ra dwars op de lengterichting van het schip
- Een dwarsgetuigd schip met drie of meer masten werd een volschip genoemd.
1. dwarsgetuigd
- Het woord 'dwarsgetuigd' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.