duurkoop
Uiterlijk
- duur·koop
stellend | |
---|---|
onverbogen | duurkoop |
verbogen |
duurkoop
- iets wat heel veel geld kost en dan met name een product waarvan de prijs / kwaliteit verhouding zeer ongunstig is
- Bij doorwinterde beleggers zijn IPO’s notoir gekend als duurkoop en omzichtig te behandelen. Verschillende studies liegen er ook niet om. Niet alleen gaan veel bedrijven relatief tot zeer duur naar de beurs, met alle gevolgen van dien voor hun beurskoers. Beursgenoteerde bedrijven zijn, een crash of faillissement niet te na gelaten, quasi doorlopend duurder dan hun tegenhangers in private handen.[2]
- goedkoop is duurkoop
iets wat goedkoop is, kan een zo slechte kwaliteit hebben, dat je nog steeds heel duur uit bent
- Een substantieel deel gaf wel aan zich geremd te voelen om naar de arts te gaan. Daar moeten we voor waken. Goedkoop is duurkoop. Uit dat onderzoek bleek dat de meerderheid voor een eigen risico van 200 euro was.”[3]
- Goedkoop blijkt in deze gok inderdaad duurkoop. De stad zal een andere aannemer moeten vinden. Een stevig bedrijf dat geen zaken doet voor een afknijpbudget.[4]
- duurkoop is goedkoop
iets wat van heel goede kwaliteit is, mag best wel wat kosten
- Het woord duurkoop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ duurkoop op website: Etymologiebank.nl
- ↑ de Standaard 19/JUNI/2013 door Dirk Vandycke
- ↑ Tubantia Hanneke Keultjes en Laurens Kok 15-APRIL-2017
- ↑ NRC 2 februari 2011