duppie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dup·pie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | duppie | duppies |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het duppie o
- (economie) (informeel) muntstuk met een waarde van 10 cent
- Het muntje maakt daar deel uit van een vrolijke tentoonstelling over Donald Duck en andere Disneyfiguren uit het bekende stripblad, dat zestig jaar bestaat. Dagobert, de gierige steenrijke oom van stripfiguur Donald Duck, verdiende zijn allereerste duppie toen hij ooit als schoenpoetser aan de slag ging. [2]
- Terwijl hij geroutineerd met de vulslang van boot naar boot springt, praat de man van het tankstation verder. “Kijk dat daar”, zegt hij wijzend op een dampende speedboot, “dat zijn vaste klanten. Die varen elk weekend een meier aan benzine weg. Met sloepjes mag je blij zijn als je ze één keer per seizoen ziet. En dan weet je het al: vijf tientjes diesel en geen duppie fooi.” [3]
- (figuurlijk) iemand die laag staat op de maatschappelijke ladder
- ‘Duppie wordt zelden kwartje’: Nederland moet weer ‘middenscholen’ krijgen waarop laatbloeiers in het onderwijs alsnog hun kans kunnen pakken verder te leren. Dat zei voorzitter Alexander Rinnooy Kan van de Sociaal Economische Raad (SER) donderdagmiddag op de jaarvergadering van de Industriële Kring Twente. [4]
Hyperoniemen
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord duppie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "duppie" herkend door:
85 % | van de Nederlanders; |
20 % | van de Vlamingen.[5] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ De Telegraaf THIJS RÖSKEN 08 nov. 2012 Geluksdubbeltje in Groningen
- ↑ De Telegraaf 16 mei 2015 Tanken
- ↑ Tubantia Marthy Rothe 05-10-07 ‘Duppie wordt zelden kwartje’
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Economie in het Nederlands
- Informeel in het Nederlands
- Figuurlijk in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 85 %
- Prevalentie Vlaanderen 20 %