duidde aan

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • duid·de aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanduiden

duidde aan

  1. enkelvoud verleden tijd van aanduiden
    • Ik duidde aan. 
    • Jij duidde aan. 
    • Hij, zij, het duidde aan. 


Gangbaarheid