droogdok
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- droog·dok
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van droog en dok
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | droogdok | droogdokken |
verkleinwoord | droogdokje | droogdokjes |
Zelfstandig naamwoord
droogdok o
- (scheepvaart), (waterbeheer) een afsluitbaar gedeelte van een scheepswerf of een drijvende (ponton-)constructie waarmee, door het in- of uitlaten van water, schepen voor inspectie, onderhoud en reparatie kunnen worden drooggezet
- Het schip ligt nu in droogdok voor reparatie.
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
2. droogzetinrichting voor schepen
Gangbaarheid
- Het woord droogdok staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.