dromenrijk

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dro·men·rijk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord dromenrijk dromenrijken
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het dromenrijko

  1. een sprookjesachtige fantasiewereld
     Algauw was het huis een dromenrijk.[1]
     Op haar net verschenen album 'Tookah' zingt Torrini Björkiaanse liedjes als 'Autumn Sun', of het fraaie openingsnummer 'Tookah'. Sprookjesachtige dichtwerken vol weldadige natuur- en dierenmetaforen: "The hem of her dress spills over what covers the seat, and flutters in the breeze like caterpillars on a leaf." Alsof we het dromenrijk van Björk weer zijn binnengestapt.[2]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. “Dokter Zjivago” (1957), G.A. van Oorschot op Wikipedia, ISBN 9789028261396
  2. Bronlink geraadpleegd op 31 maart 2022 Weblink bron
    ROBERT VAN GIJSSE
    “Is het Björk zelf, of doet er weer iemand een Björkje?” (8 januari 2014), De Morgen