downvoten/vervoeging

vervoeging van de bedrijvende vorm van downvoten
onbepaalde wijs			kort			lang
onvoltooid	tegenwoordig		downvoten			te downvoten
	toekomend		zullen downvoten			te zullen downvoten
voltooid	tegenwoordig		hebben gedownvoot			te hebben gedownvoot
	toekomend		gedownvoot zullen hebben			gedownvoot te zullen hebben
	onvoltooid deelwoord		voltooid deelwoord			gebiedende wijs		aanvoegende wijs
	downvotend		gedownvoot			ev. downvoot	mv. verouderd downvoot	downvote
aantonende wijs	enkelvoud					meervoud
onvoltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij, ge	hij, zij, het	wij, we	jullie	zij, ze
tegenwoordig (o.t.t.)	downvoot	downvoot	downvoot	downvoot	downvoot	downvoten	downvoten	downvoten
verleden (o.v.t.)	downvootte	downvootte	downvootte	downvootte	downvootte	downvootten	downvootten	downvootten
toekomend (o.t.t.t.)	zal downvoten	zult/zal downvoten	zult/zal downvoten	zult downvoten	zal downvoten	zullen downvoten	zullen downvoten	zullen downvoten
voorwaardelijk (o.v.t.t.)	zou downvoten	zou downvoten	zou(dt) downvoten	zoudt downvoten	zou downvoten	zouden downvoten	zouden downvoten	zouden downvoten
voltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij
tegenwoordig (v.t.t.)	heb gedownvoot	hebt gedownvoot	hebt/heeft gedownvoot	hebt gedownvoot	heeft gedownvoot	hebben gedownvoot	hebben gedownvoot	hebben gedownvoot
verleden (v.v.t.)	had gedownvoot	had gedownvoot	had gedownvoot	hadt gedownvoot	had gedownvoot	hadden gedownvoot	hadden gedownvoot	hadden gedownvoot
toekomend (v.t.t.t.)	zal gedownvoot hebben	zal/zult gedownvoot hebben	zult/zal gedownvoot hebben	zult gedownvoot hebben	zal gedownvoot hebben	zullen gedownvoot hebben	zullen gedownvoot hebben	zullen gedownvoot hebben
voorwaardelijk (v.v.t.t.)	zou gedownvoot hebben	zou gedownvoot hebben	zou/zoudt gedownvoot hebben	zoudt gedownvoot hebben	zou gedownvoot hebben	zouden gedownvoot hebben	zouden gedownvoot hebben	zouden gedownvoot hebben
onpersoonlijke lijdende vorm gedownvoot worden
	onvoltooid				voltooid
tegenwoordig	er wordt gedownvoot				er is gedownvoot
verleden	er werd gedownvoot				er was gedownvoot
toekomend	er zal gedownvoot worden				er zal gedownvoot zijn
voorwaardelijk	er zou gedownvoot worden				er zou gedownvoot zijn
lijdende vorm gedownvoot worden
onbepaalde wijs			kort			lang
onvoltooid	tegenwoordig		gedownvoot worden			gedownvoot te worden
	toekomend		gedownvoot zullen worden			gedownvoot te zullen worden
voltooid	tegenwoordig		gedownvoot zijn			gedownvoot te zijn
	toekomend		gedownvoot zullen zijn			gedownvoot te zullen zijn
	enkelvoud					meervoud
onvoltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij
tegenwoordig (o.t.t.)	word gedownvoot	wordt gedownvoot	wordt gedownvoot	wordt gedownvoot	wordt gedownvoot	worden gedownvoot	worden gedownvoot	worden gedownvoot
verleden (o.v.t.)	werd gedownvoot	werd gedownvoot	werd gedownvoot	werdt gedownvoot	werd gedownvoot	werden gedownvoot	werden gedownvoot	werden gedownvoot
toekomend (o.t.t.t.)	zal gedownvoot worden	zult gedownvoot worden	zult gedownvoot worden	zult gedownvoot worden	zal gedownvoot worden	zullen gedownvoot worden	zullen gedownvoot worden	zullen gedownvoot worden
voorwaardelijk (o.v.t.t.)	zou gedownvoot worden	zou gedownvoot worden	zou/zoudt gedownvoot worden	zoudt gedownvoot worden	zou gedownvoot worden	zouden gedownvoot worden	zouden gedownvoot worden	zouden gedownvoot worden
voltooid	eerste	tweede			derde	eerste	tweede	derde
	ik	jij, je	u	gij	hij, zij, het	wij	jullie	zij
tegenwoordig (v.t.t.)	ben gedownvoot	bent gedownvoot	bent/is gedownvoot	zijt gedownvoot	is gedownvoot	zijn gedownvoot	zijn gedownvoot	zijn gedownvoot
verleden (v.v.t.)	was gedownvoot	was gedownvoot	was gedownvoot	waart gedownvoot	was gedownvoot	waren gedownvoot	waren gedownvoot	waren gedownvoot
toekomend (v.t.t.t.)	zal gedownvoot zijn	zult gedownvoot zijn	zult gedownvoot zijn	zult gedownvoot zijn	zal gedownvoot zijn	zullen gedownvoot zijn	zullen gedownvoot zijn	zullen gedownvoot zijn
voorwaardelijk (v.v.t.t.)	zou gedownvoot zijn	zou gedownvoot zijn	zou/zoudt gedownvoot zijn	zoudt gedownvoot zijn	zou gedownvoot zijn	zouden gedownvoot zijn	zouden gedownvoot zijn	zouden gedownvoot zijn