downleren
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- down·le·ren
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Engels [1]
Werkwoord
downleren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
downleren |
||
onvolledig |
- (onderwijs) volgen van een opleiding die eigenlijk te eenvoudig voor iemand is
Gangbaarheid
- Het woord downleren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.