douwen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- dou·wen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
douwen |
douwde |
gedouwd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
douwen [2]
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. zie: duwen
Zelfstandig naamwoord
douwen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord douw
Gangbaarheid
- Het woord douwen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "douwen" herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
54 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ douwen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -en in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Informeel in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 79 %
- Prevalentie Vlaanderen 54 %