doorboort
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- door·boort
Werkwoord
vervoeging van |
---|
doorboren |
doorboort
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorboren
- Jij doorboort.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorboren
- Hij doorboort.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van doorboren
- Doorboort!
Verwante begrippen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
doorboren |
doorboort