donorvader
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: donorvader (hulp, bestand)
Woordafbreking
- do·nor·va·der
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van donor en vader [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | donorvader | donorvaders |
verkleinwoord | donorvadertje | donorvadertjes |
Zelfstandig naamwoord
de donorvader m
- man die sperma heeft afgestaan dat gebruikt is om de eicel te bevruchten waaruit een donorkind is geboren
Gangbaarheid
- Het woord 'donorvader' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.