doelmatig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- doel·ma·tig
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘geschikt voor het doel’ voor het eerst aangetroffen in 1801 [1]
- afgeleid van doel met het achtervoegsel -matig [2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | doelmatig | doelmatiger | doelmatigst |
verbogen | doelmatige | doelmatigere | doelmatigste |
partitief | doelmatigs | doelmatigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
doelmatig
- geschikt voor het doel waarvoor het gemaakt is
- Dit doelmatige computerprogramma is ook nog mooi vormgegeven.
Synoniemen
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord doelmatig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "doelmatig" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "doelmatig" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ doelmatig op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Achtervoegsel -matig in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 97 %