doe-het-zelfketens

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • doe-het-zelf·ke·tens

Zelfstandig naamwoord

de doe-het-zelfketens mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord doe-het-zelfketen
Overgenomen van "https://nl.wiktionary.org/w/index.php?title=doe-het-zelfketens&oldid=3972390"