Naar inhoud springen

dislike

Uit WikiWoordenboek
  • dis·like
  • dis·li·ke (aanvoegende wijs)
  • van het Engels
vervoeging van
disliken

dislike

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van disliken
    • Ik dislike. 
  2. gebiedende wijs van disliken
    • Dislike! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van disliken
    • Dislike je? 
  4. aanvoegende wijs van disliken