directory
Uiterlijk
- di·rec·to·ry
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘lijst met alle programma's en bestanden die op een schijfgeheugen aanwezig zijn’ voor het eerst aangetroffen in 1981 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | directory | directory's |
verkleinwoord | directory'tje | directory'tjes |
- (informatica) een groep van bestanden en/of directory's
- Het woord directory staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "directory" herkend door:
81 % | van de Nederlanders; |
78 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "directory" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be