digipesten

Uit WikiWoordenboek


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • di·gi·pes·ten
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

digipesten

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
digipesten
digipestte
gedigipest
zwak -t volledig
  1. op een vervelende manier treiteren en plagen met behulp van het internet
     Een precieze reden voor de daling kan het OM niet geven, maar er zijn wel een paar zaken die mogelijk hebben bijgedragen. Zo waren er in 2011 geen verkiezingen en in 2010 wel. Rond die verkiezingen was toen een bedreigingspiek. Verder is er in 2011 lesmateriaal gekomen over digipesten, waarin onder meer wordt uitgelegd wat de (strafrechtelijke) gevolgen kunnen zijn van bedreigingen via internet.[1]


Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 17 mei 2023 Weblink bron “Minder politici bedreigd in 2011” (Redactie 20-03-12, 07:39 Laatste update: 31-08-16, 00:17), Tubantia