Naar inhoud springen

dieven

Uit WikiWoordenboek
  • die·ven
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
dieven
diefde
gediefd
zwak -d volledig

dieven [1]

  1. overgankelijk (informeel) stelen
  2. overgankelijk de 'dieven' afplukken van (een plant)

de dievenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord dief
  • Dieven met dieven vangen
mensen die niet eerlijk zijn of gemeen, moet je op dezelfde manier ook behandelen
100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]